Bandbreedte

Het belangrijkste probleem bij webvideo, is dat het enige bandbreedte vereist. Nu het meerendeel van de Nederlandse internetters via kabel en adsl het internet opgaat, is dat probleem beperkt geworden.

Drie zaken blijven voorlopig echter van belang rond dit thema:

  • Er zijn nog altijd kijkers die achter een isdn of zelfs analoog modem zitten; de vraag is of je met deze doelgroep rekening wilt/moet houden.
  • Bij de productie is grote bandbreedte op het lokale netwerk van belang; binnen het interne netwerk (LAN) en in de verbinding met het externe internet-verkeer (WAN).
  • Voor vervaardiging binnen intranet-omgevingen, is het de vraag of het lokale netwerk alle datageweld dat video met zich meebrengt wel kan bijbenen (zeker als veel mensen tegelijk gaan kijken).

Steeds meer bedrijven, en in ieder geval de hele wereld van onderwijs en wetenschap, zitten inmiddels aan het glas (100 Mbit/s). Het meerendeel van de thuissurfers is via adsl of kabel ontsloten (loopt uiteen van 800 Kbit/s tot 10 Mbit/s). Een gering (en rap dalend) aantal thuissurfers gebruikt nog isdn (64 of 128 Kbit/s) of een analoog modem (56 Kbit/s).

Onze gedachte over die 'lage bandbreedte internetters' is dat we daar niet langer rekening mee hoeven houden. Ze zijn waarschijnlijk nauwelijks in webvideo geïnteresseerd. Inbellen (of dat nu via isdn of een analoog modem gaat) is namelijk een kostbare aangelegenheid. Als je meer dan eens video gaat kijken of audio beluisteren, is het voor de hand liggend dat je onmiddellijk overstapt op breedband. De prijzen zijn zo sterk gedaald dat je met kabel of adsl algauw goedkoper uit bent, terwijl je meer kwaliteit krijgt. Want dat is een andere reden om te veronderstellen dat je vanachter zo'n trage verbinding waarschijnlijk geen video kijkt: de kwaliteit is zeer matig.

Even wat cijfers over de groei van het breedbandgebruik (bron: MarketingFacts.nl):

  • eind 2003 beschikten 1.96 miljoen huishoudens over een snelle internetverbinding
  • eind 2004 ging het al om 3,2 miljoen huishoudens
  • eind 2005 ging het om 4,4 miljoen huishoudens
  • eind 2006 waren het ruim 5,4 miljoen huishoudens (82% van de huishoudens met internet)

We kunnen overigens in eenzelfde uitzending streams voor verschillende bandbreedtes aanbieden, als de streamserver dat ondersteund. Anders kunnen we altijd nog voor on demand vertoning de bronbestanden voor verschillende doelgroepen encoderen en apart aanbieden.